Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

Depressie

Wat is depressie?

De 2 belangrijkste verschijnselen van een depressie zijn:

  • U bent het grootste deel van de dag somber.
  • U heeft (bijna) nergens meer zin of plezier in.

Daar kunnen andere klachten bijkomen:

  • U voelt zich schuldig, overbodig of waardeloos.
  • U voelt zich onrustig en snel geïrriteerd. Of juist traag en sloom.
  • U bent besluiteloos en/of kunt zich niet goed concentreren.
  • Het eten smaakt niet meer. Of u wilt juist extra veel eten. U bent daardoor meerdere kilo’s aangekomen of afgevallen.
  • U bent moe. U slaapt slecht of juist heel veel.
  • U vindt het leven zwaar. Misschien verlangt u soms naar de dood of denkt u aan zelfdoding.

U heeft een depressie als u:

  • minstens 1 van de 2 belangrijkste verschijnselen heeft
  • en in totaal minstens 5 van de genoemde verschijnselen
  • en de klachten langer dan 2 weken achter elkaar heeft.

Een depressie verstoort uw dagelijks leven. U heeft er veel last van: thuis, in uw vrije tijd en/of op uw werk.

Meestal komt een depressie door een combinatie van verschillende dingen:

  • Erfelijkheid: soms komt depressie in de familie vaker voor.
  • De ene mens is van nature kwetsbaarder dan de ander.
  • Een verstoorde balans van neurotransmitters in de hersenen: dit zijn stofjes die onder andere de stemming beïnvloeden.
  • Een moeilijke jeugd. 
  • Weinig steun voelen/krijgen van andere mensen. 
  • Een ingrijpende gebeurtenis die veel verdriet geeft. Bijvoorbeeld een scheiding of het overlijden van iemand die belangrijk voor u was.
  • Meemaken van geweld (mishandeling, verkrachting, oorlogsgeweld).
  • Een chronische ziekte, zoals diabetes mellitus, COPD of reuma.
  • Alcoholgebruik

Depressie heeft niets te maken met onwil of een slap karakter.

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Bij depressie

  • Hulp bij afbouwen

Wilt u stoppen met uw medicijn tegen depressie (antidepressivum)? Overleg dan met uw arts of apotheker.

Als u te snel stopt met het gebruik van uw medicijn tegen depressie, kunt u last krijgen van bepaalde klachten. Bijvoorbeeld angst, slapeloosheid, onrust, duizelig zijn, hoofdpijn, spierpijn, misselijk zijn en zweten. Dit noemen we ontwenningsverschijnselen. 

Om deze klachten te voorkomen is het belangrijk dat u langzaam stopt. Dit doet u door steeds iets minder te gaan gebruiken. 

Uw apotheker kan u helpen en begeleiden bij het stoppen. Samen met uw apotheker spreekt u af hoe u het best kunt stoppen. U maakt dan samen een afbouwschema. 

Krijgt u opnieuw last van depressie? Bespreek dit dan met uw arts of apotheker.

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Bel direct de huisarts, de huisartsen-spoedpost of 112 als u plannen heeft om een einde aan uw leven te maken. 
U kunt ook dag en nacht 113 of 0800 0113 (gratis) bellen. Of met iemand chatten via 113.nl.

Bel uw huisarts om een afspraak te maken in 1 van deze situaties:

  • De depressie wordt erger.
  • De angsten worden erger.
  • U ervaart de wereld als vreemd en eng. U hoort, ziet of denkt vreemde dingen. Dit kan het begin van een psychose zijn.
  • U denkt vaak aan de dood.
  • U slikt medicijnen en krijgt veel last van bijwerkingen.

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Serotonineheropnameremmers
Serotonineheropnameremmers, ook wel SSRI’s genoemd, regelen in de hersenen de hoeveelheid serotonine, een van nature voorkomende stof die een rol speelt bij stemming en emoties. Hierdoor vermindert de depressie en verbetert de stemming. Voorbeelden zijn citalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline.

Tricyclische antidepressiva
Tricyclische antidepressiva regelen in de hersenen de hoeveelheid serotonine en norepinefrine, twee van nature voorkomende stoffen die een rol spelen bij stemming en emoties. Hierdoor vermindert de depressie en verbetert de stemming. Voorbeelden zijn amitriptyline, clomipramine en nortriptyline.

Mianserine, mirtazapine en trazodon
Deze antidepressiva regelen in de hersenen de hoeveelheid en het effect van serotonine, een natuurlijk voorkomende stof die een rol speelt bij stemmingen en emoties. Hierdoor vermindert de depressie en verbetert de stemming.

MAO-remmers
MAO-remmers regelen in de hersenen de hoeveelheid serotonine en noradrenaline, twee van nature voorkomende stoffen die een rol spelen bij stemmingen en emoties. Hierdoor verbeteren de verschijnselen van de depressie. Voorbeelden zijn fenelzine, moclobemide en tranylcypromine.

Sint-janskruid
Sint-janskruid is een kruidenmiddel met een antidepressieve werking. Hoe het precies werkt, is nog niet helemaal bekend. Sint-janskruid vermindert de depressie en verbetert de stemming.

Venlafaxine
Venlafaxine is een middel met een antidepressieve werking. Het regelt in de hersenen hoeveelheid serotonine, een van nature voorkomende stof die een rol speelt bij stemming en emoties. Hierdoor vermindert de depressie en verbetert de stemming.

Lithium
Lithium is een middel dat wordt gebruikt bij manische depressiviteit. Lithium kan een manische bui stoppen en voorkomt sterke stemmingsschommelingen. Hoe deze werking precies tot stand komt, is niet bekend. Waarschijnlijk heeft het invloed op de overdracht van prikkels in de hersenen.

Atypische antipsychotica
Atypische antipsychotica kunnen worden gebruikt bij een zeer ernstige depressie waarbij verschijnselen van een psychose optreden, zoals wanen en hallucinaties. Atypische antipsychotica onderdrukken deze verschijnselen. Soms worden ze in combinatie met andere antidepressieve middelen gebruikt. Voorbeelden van atypische antipsychotica die kunnen worden gebruikt, zijn clozapine, quetiapine of aripiprazol.

Bupropion
Bupropion regelt in de hersenen de hoeveelheid noradrenaline en dopamine, twee natuurlijk voorkomende stoffen die een rol spelen bij stemmingen en emoties. Hierdoor vermindert de depressie en verbetert de stemming.

Lamotrigine
Lamotrigine wordt soms gegeven als antidepressiva en lithium niet voldoende helpen. Lamotrigine voorkomt sterke stemmingsschommelingen. Het werkt in het algemeen beter tegen de depressies dan tegen de manie.

Esketamine
Esketamine wordt als neusspray gegeven als meerdere medicijnen tegen depressie niet hebben geholpen of in een noodsituatie. Het wordt gebruikt bij erge depressie samen met andere medicijnen tegen depressie. Esketamine neusspray mag alleen in het ziekenhuis of in de praktijk van uw dokter worden gebruikt.

Chat with us on WhatsApp